Zeven jaar heeft het geduurd voor we nog eens iets konden aanschouwen van regisseur Spike Jonze. De man deed ons niet alleen kennis maken met de Jackass-vunzigheid – hij verraste ons vooral met het surrealistische pareltje Being John Malkovich en het zalige Adaptation. Het was het wachten waard, want met Where the Wild Things are schotelt hij ons opnieuw een mooie, creatieve prent voor.

Het verhaal werd gebaseerd op het gelijknamige boek en vertelt het verhaal van Max, een onstuimige en gevoelige jongen die zich thuis niet begrepen voelt en ontsnapt aan het dagelijkse leven in de wereld waar de wilde wezens leven. Max belandt op een eiland waar hij mysterieuze en vreemde wezens ontmoet. Hun emoties zijn net zo wild en onvoorspelbaar als hun acties. De wilde wezens verlangen wanhopig naar een leider, net zoals Max graag koning wil worden. Wanneer hij tot koning wordt gekroond, belooft hij een koninkrijk te creëren waar iedereen gelukkig kan zijn. Max komt er echter al gauw achter dat het niet zo eenvoudig is om koning te zijn. Zijn relaties blijken ingewikkelder in elkaar te zitten dan hij had gedacht.

Dat Jonze dus meer kan dan enkel de extremiteiten van de Jackass-bende vastleggen, laat hij hier opnieuw zien. Hij maakt van Where the Wild Things are een prachtig – zij het bij momenten bitter en wat langzaam – relaas over een jongen die wegvlucht van zijn eenzaamheid en ongelukkigheid. De sfeer is vrij deprimerend zodat uw kindjes dit waarschijnlijk geen spek naar hun bek zullen vinden. Maar laat u dat niet weerhouden om zelf te gaan kijken. Geen opgetogen eindejaarsfilm vol kerstfun, maar wel een originele en oprechte. (PF)

Trailer: Where the Wild Things are